“So you are going to Zim, to Bob?”, vraagt de ranger op onze laatste overnightstop in het Kruger. Zijn misprijzende blik spreekt boekdelen. Het is niet de eerste keer dat wij negatieve geluiden horen over Zimbabwe, over de politieke leider en over de corruptie. De geschiedenis van het voormalige Rhodesië, waar Zimbabwe en Zambia ooit toe behoorden, tekent meer dan hadden kunnen bevroeden onze reis. De gastvrijheid van bijzondere mensen en een verboden boek geven ons verblijf een extra dimensie en dwingen respect af voor de bevolking van het meer dan prachtige Zimbabwe. In Zambia komen we bij van onze avonturen en ontspannen we aan de oever van de Luangwa.
Zuid-Afrikanen worden blijkbaar altijd op de bon geslingerd in Zimbabwe en overlanders die wij onderweg ontmoeten vertellen ons de meest gruwelijke verhalen. Wij zijn dus op het ergste voorbereid als wij bij Breitbridge Zuid-Afrika verlaten. Het is de drukste en daarom minst populaire grensovergang in Zimbabwe. Het is vroeg in de ochtend al één grote krioelende massa van bussen en vrachtwagens. Honderden passagiers zitten in de schaduw tussen de uitlaatgassen naast grote hopen uitgepakte bagage te wachten. De zwarte Zuid-Afrikaanse douanebeambte die ons carnet (het paspoort van de auto) moet afstempelen, zit er vadsig en lusteloos bij. Het formulier dat wij hebben ingevuld legt ze achteloos naast zich neer. Na een niet mis-te-verstane aansporing van haar baas, gaat ze een kwartier later verveeld aan de slag, maar weet dan niet meer waar ze ons formulier heeft gelaten. Een goed begin! Als we de Zuid-Afrikaanse formaliteiten achter ons hebben gelaten, mogen wij door naar de Zimbabwaanse autoriteiten: douane – customs – kassier – politie – customs – douane. Alles precies in die volgorde. Een doorstroomschema aan de wand en een vriendelijke jongeman met professionele badge loodsen ons door het ingewikkelde proces. De ambtenaren zijn stug, maar voorkomend. De jongeman blijkt een andere agenda te hebben, zo ontdekken we later, maar we maken toch dankbaar gebruik van zijn hulp. Terwijl Frans opnieuw in de rij gaat staan om het carnet af te laten stempelen, buig ik me over het inklaren van onze spullen. De jongeman met badge zorgt ervoor dat het uitpakken van al onze bagage wordt afgekocht bij customs. Hij wil twintig, maar ik geef tien dollars. Met het afgestempelde inklaringsformulier meldt hij zich vijf minuten later en wil tien extra dollars voor zijn diensten. Dat weiger ik. Mokkend blijft hij ons achtervolgen tot wij een uur later het douaneterrein enige honderden dollars armer verlaten: voor de visa, voor de roadtax, voor de carbontax en de tol voor de eerste vijf kilometers.
De wegen in Zimbabwe zijn beduidend slechter dan de Zuid-Afrikaanse. Het barst van de roadblocks waar grote groepen politiemannen staan te controleren, ook ons. Het is druk en heet en er is veel vrachtverkeer. Allemaal zwaar beladen met koper dat vanuit Zambia naar de Zuid-Afrikaanse of Mozambikaanse havens wordt vervoerd. Inhalen, met het stuur aan de verkeerde kant vraagt concentratie en teamwork. Wij zijn op weg naar Chimanimani, naar Tempe en Doug die wij in Swaziland hebben ontmoet. Als de enige bezoekers van het Hlane National Park zaten we bij het ochtendgloren met z’n vieren op een rijtje ademloos te genieten van een grote groep ronkende white rhino’s, een kudde olifanten en een kudde waterbokken. Bij het weggaan drukte Tempe een kus op mijn wang en een folder in mijn hand: “You never know, but maybe we meet again”, fluisterde ze. Toen wisten we nog niet dat we onze route vanwege de overstromingen in Mozambique moesten omleggen naar Zimbabwe. Op onze weg naar het prachtige Chimanimani gebergte rijden we langs Masvingo waar we Greater Zimbabwe bezoeken, het monument dat al in de tijd van Ian Smith zo werd genoemd. Letterlijk vertaald ‘groot stenen huis’, een ruïne van een indrukwekkendestad van een shoni-koning en zijn gevolg. Het doet ons denken aan de Machu Picchu in Peru en geeft ons inzicht in de geschiedenis, de essentie van het shoni-geloof en de betekenis van de grote arenden die -net als de kraanvogels- als wachters en boodschappers fungeren. De beelden werden allemaal door de Britten gestolen en zijn gelukkig bijna allemaal weer terug, bijna. Voor het eerst horen wij zwarte afrikanen vol trots vertellen over hun voorouders en de grote daden waar zij toe in staat waren. Dat is mooi om te zien. In de stromende regen klappen wij onze tent uit op een verder eenzaam kampeerterrein. Laat in de middag arriveert een Brit met twee Spaanse schonen uit Londen. Hij zat in het Zimbabwaanse leger en bezoekt voor het eerst sinds 18 jaar zijn geboorteland. Hij kijkt rusteloos en zoekend uit zijn ogen. Vanwege die twee meiden of vanwege de oude herinneringen die in hem wakker worden?
De Britse overheersing, de burgeroorlog, de strijd om de onafhankelijkheid en de gevolgen van het huidige regime tekenen -meer dan we kunnen vermoeden- onze reis door Zimbabwe. Laat in de middag komen we in het prachtige Chimanimani aan. Tempe’s guesthouse ligt in een lieflijke vallei met groene weilanden en grazende koeien en paarden. In de koele avond valt het warme licht van de ondergaande zon op de bergen. We wanen ons in de Ardennen. In de oude boerderij is veel van de oude bewoners bewaard gebleven, alsof ze er nog leven. De aankleding ademt de sfeer uit van een brits countryhome. Grote wat oubollige pompeuze meubels met bloemenbekleding en veel tierlantijntjes domineren de ruimte. Aan de wand hangt een grote foto van twee boerenfamilies. Het tafereel laat de twee families zien op de overdekte veranda die uitzicht biedt op de vallei. De twee vrouwen zitten op de tuinstoeltjes met de kinderen om hen heen. De twee boeren, staan naast elkaar wat apart van hun gezin rechts op de foto. Ze staren betekenisvol in de verte. Eén boer rookt een pijp. Hun kleding is uniform: een kakihemd met korte mouwen en stropdas, een kakibroek tot net boven de knie. Daaronder lange sokken die tot net onder de knie omhoog zijn getrokken en omgeslagen. Binnen in het boerderijtje ontmoeten we Eduard en Patricia, broer en zus, opgegroeid in Zimbabwe. Ze hebben hun vakantie in de bergen bijna achter de rug. Eduard woont in Australië en is sinds lange tijd weer even terug, Patricia woont nog steeds in Zimbabwe.
rlaten. Het krijgen van een baan onder het Mugabe-bewind is uitgesloten. De achterblijvers ontmoeten elkaar op de golfclub, bij het tennissen of bij een braai. De gesprekken gaan over de politieke leiding van het land, het verleden, of over de bosbouw die het gebied domineert. De vrouwen wisselen recepten uit, adressen waar ze goedkoop (tweedehands) kleding kunnen krijgen en de laatste roddels over de gemeenschap. Het is alsof de tijd in Chimanimani een beetje stil is blijven staan. Onze nieuwsgierigheid gaat vooral uit naar het verleden, hoe ze het hebben ervaren en hoe ze ermee leven. Daar wordt gemengd op gereageerd. ‘Opa’, de vader van Doug, stram, vrolijk ogend en vol humor, vertelt voluit over het verleden: over zijn vader en oom, die vanwege de crisis begin vorige eeuw uit Nederland zijn vertrokken. De familie Van de Ruit is de liefde voor het hout trouw gebleven. Eenmaal aangekomen in het toenmalige Rhodesië, specialiseerden zij zich in hout- en constructiebouw. Doug, die de derde generatie vertegenwoordigd, is bosbouwer. In de meeste gesprekken over het verleden, ontmoeten we echter weerstand, die we niet kunnen plaatsen. Op de dag van zijn vertrek drukt Eduard mij een versleten, handgekaft boek in de hand: “Read this, then you will understand what happened to me and the others in our youth”, zegt hij wat strengerig. Pas veel later ontdek ik dat het boek verboden is in Zimbabwe en het bezit ervan niet zonder gevaar. Harold, ruim 70 jaar, gaat geïrriteerd ergens anders zitten als ik hem na een tijdje vraag of hij zijn boerderij nog eens heeft teruggezien: “No, of course not, they’ll kill me ………..”. Hij had ooit 300 medewerkers in dienst en scharrelt nu, samen met zijn vrouw, de kost bij elkaar met survival- en teamwork trainingen. Zij hebben geen eigen huis meer en hun oudedagsvoorziening is weg. Een dag later vraag ik Tempe waar de weerstand vandaan komt en of er iets is dat wij verkeerd doen. “Don’t worry”, zegt ze, “it is not about you. The world didn’t support them in their fight and they are still angry about it.” Zij relativeert hun verhalen en vindt dat haar blanke landgenoten het onheil voor een groot deel over zichzelf hebben afgeroepen. De projectie van de blanke Zimbabwaan op blanke bezoekers of nieuwe expats komt vaker voor. Een jonge, sympathieke en vooral moedige, Nederlandse juriste van ’Advocaten zonder grenzen’ vertelt ons over de projectie van de blanke inwoners “je hebt ons in de steek gelaten” én de zwarte inwoners “je bent een verwende boerendochter.” We ontmoeten haar een week later in Harare, de hoofdstad van Zimbabwe. Het is een extra handicap in haar project over jeugdstrafrecht. Haar sociale leven wordt er door beïnvloed, want in beide bevolkingsgroepen vindt ze geen echte aansluiting. Af en toe vlucht ze naar Harare om even op adem te komen.
In Chimanimani en later in de Vumba Mountains en het Nyanga National Park genieten wij van de natuur. Zimbabwe is een prachtig en gevarieerd land. In de Chimanimani bergen zwemmen we in een rockpool bij de waterval. De jongeren die ons even later poedelnaakt in het water aantreffen, durven ons niet aan te kijken, maar reageren gelaten en spontaan als we ze lachend begroeten. De ranger van het Chimanimanipark is zichtbaar teleurgesteld als wij afzien van een bezoek. Voor een korte wandeling betalen we $ 10 per persoon en $ 5 voor de auto. Standaardprijzen in Zimbawe en in vergelijking tot de omringende landen zeker niet duur. Want de bezoekers betalen de entree maar één keer en kunnen dan tot een week lang blijven. Daar maken we in het Nyanga Park, waar we een van de hoogste watervallen van Afrika willen bezoeken, gretig gebruik van. Een breedlachse ranger begroet ons; zijn lach loopt bijna van oor tot oor. Hij staat daar boven in de bergen eenzaam en alleen bij een houten slagboom. Zijn hutje staat iets verderop. Ook wij zijn alleen. De eerste dag komt nog iemand naar de campsite om het vuur aan te steken voor de douche, maar die laat zich daarna niet meer zien. We sprokkelen ons hout zelf en gebruiken het warme, ijzerachtige water om te koken en te wassen. De breedlachse ranger komt een biertje bij ons halen en in ruil daarvoor krijgen we twee verse forelletjes. Bij onze aankomst in het park vertelt hij wat de regels zijn in en om de waterval, maar hij geeft meteen aan dat wij die regels mogen negeren: “Klim maar over de afrastering, dan kom je bij de rivier”, “Het is verboden te zwemmen in de rockpool, maar zwem maar gerust.” Van dat laatste zien wij af als wij op avontuur gaan. Maar de rivier verkennen wij tot het punt waar hij 300 meter naar beneden stort. Althans dat doet Frans. Als ik hem zie klauteren op die richels wordt mijn hoogtevrees tot in mijn tenen aangewakkerd. Met knikkende knieën en de camera in de hand blijf ik 25 meter achter en sla hem met hele gemengde gevoelens gade. Het advies van de ranger neemt hij wel erg letterlijk.
Onze reis door het oostelijke bergachtige deel van Zimbabwe krijgt een extra dimensie door onze eerdere tocht met Doug door de bossen van Chimanimani. Nieuwsgierig geworden naar hem en de belangrijkste economische bron in Chimanimani, althans dat denken wij. Pas op onze route door de bossen ontdekken we ook een diamantdelving, gegund aan de Russen. Bijna brutaal ligt het opzichtige modderige gat beneden in de vallei. De russen wonen er werken daar. Het dorp weet het, maar praat er verder niet over. Rijker worden ze er niet van, dat is zeker. Maar het heersende regime wel. Via Doug krijgen we inzicht in de bosbouw, maar vooral in de schrijnende economische ontwikkeling in het oosten van Zimbabwe. Er is een monocultuur ontstaan van eucalytusbomen (gumtrees), die veel vocht gebruiken en alleen kunnen worden verwijderd met zwaar gif, afgewisseld met enkele sparrenbossen. De bavianen, die leven van de bladeren en vruchten van de oorspronkelijke bomen, hebben nu jonge sparrenbomen op hun menu staan. Ze eten de malse boomtoppen, waardoor de spar onbruikbaar wordt voor de houtindustrie. In de onderbegroeiing heeft een Zuid-Amerikaanse plant de overhand genomen, ooit binnen gebracht door een NGO die bijenprojecten in het gebied heeft opgezet. De NGO is er niet meer, de planten wel. De meer dan prachtige Flame Lily (gloriosa superba), nationaal symbool van Zimbabwe, en andere oorspronkelijke inheemse planten worden er door verdrongen. Het boek dat Eduard mij in mijn handen drukte, Mukiwa van Peter Goodwin, geeft mij een helder beeld van deze ooit zo florerende streek, die langzaam wegkwijnt. De twee nog resterende houtbedrijven, waaronder de British South African Company, ooit opgericht door politiek leider en gewiekst zakenman Cecile Rhodes, vechten voor hun bestaan. Het beleid van de regering en de slechte infrastructuur bieden weinig hoop op herstel. Voor één van die twee houtbedrijven is surseance van betaling aangevraagd. Bij Doug staan ze zwaar in het krijt. Ze kunnen al een tijd niet meer de huur voor zijn zaagmachines en het loon voor zijn werkers betalen. Doug – de goedheid zelve- probeert de rekening te vereffenen door zelf kavels bos te kappen. Meestal krijgt hij daarvoor de percelen toebedeeld die flink beschadigd zijn door de baboons. Het is zichtbaar dat hij gebukt gaat onder de last die op zijn schouders drukt. Ik heb met hem te doen. Geboren en getogen in een gebied waar hij van houdt; zijn passie voor de bossen en de houtindustrie is voelbaar. Zijn bedrijf dreigt te worden meegezogen in de ondergang, maar opgeven lijkt geen optie vanwege de hoge straf die staat voor het ontslaan van zijn 80 medewerkers. We worden er beiden door geraakt. Met zo weinig perspectief is de hopenloosheid zo voelbaar. Dat is kenmerkend voor het Zimbabwe dat wij ontmoeten. De mensen zijn open, warm en vriendelijk. Ik bewonder hun acceptatie en overgave aan dat wat zich aandient, maar initiatief en ondernemerschap is in dit politieke klimaat ver te zoeken, heel ver.
Dat in tegenstelling tot Zambia, waar we een kleine week zijn om er straks op onze terugreis naar het zuiden langer te blijven. Zim en Zam vormden samen ooit de hoofdmoot van het voormalige Rhodesië. De hoofdstad Lusaka is modern en verder ontwikkeld dan Harare. Weliswaar is er een groot contrast met het platteland, maar door het hele land proeven we de hoop en het vertrouwen in (economische) groei. Overal is internet en mobiele telefonie uitgerold. Via campagnes, zichtbaar op grote billboards, worden mensen gestimuleerd te werken aan hun eigen ontwikkeling en aan de ontwikkeling van hun land. Nationale sportteams worden neergezet als symbool van daadkracht waar mensen trots op kunnen zijn. Plannen van ondernemers worden alleen vergund als binnen een half jaar wordt begonnen met de realisatie. We klappen onze tent open in een lokale community waar de Duitse psychologe Elke Kroeger met veel daadkracht al ruim twintig jaar werkt aan het opzetten van coöperaties en kleine ondernemingen. Aan de grens van het Zambiaanse South Luangwa National Park, pal aan de oever van de indrukwekkende rivier, komen we bij van ons olifantenavontuur (zie blog 6, gewild wild), ditmaal zonder bananen of citrusvruchten. De olifanten en leeuwen lopen hier vrij rond en laten zich regelmatig zien of horen. Vroeg in de ochtend vinden we 10 meter bij onze tent vandaan de verse voetsporen van drie leeuwinnen en midden in de nacht horen wij het indrukwekkende gebrul van de leeuwenkoning. We besluiten onze plas maar even op te houden. Ik geniet van de luchten, de ondergaande zon, het wild aan de oever van de Luangwa en de verboden autobiografie Mukiwa van Peter Goodwin die ik in Lusaka kon bemachtigen en nu eindelijk uit kan lezen. Het boek is pakkend en prachtig geschreven: over een jongen die opgroeit in het voormalige Rhodesie, over zijn militaire dienstplicht en over de jacht op hem als journalist en buitenland-correspondent. Onze reis door Zimbabwe krijgt voor mij een extra dimensie en veel puzzelstukken vallen op hun plek. Het geeft mij een diep respect voor de, vooral zwarte, bevolking van dit land, hoe de mensen in het leven staan, hoe ze verlies en dood aanvaarden, hoe ze overleven en hoe ze genieten van wat er wel is, hier en nu.
Om al onze foto’s te bekijken, klik hier door voor onze foto’s op Flickr
Om onze route door Zimbabwe en Zambia te zien en te kijken waar we nu zijn, klik hier door naar onze pagina op Polarsteps.
Info en websites van bijzondere en mooie plaatsen in Zimbabwe en Zambia:
www.chimanimanifarmhouse.com
nivu guesthouse, bvumba mountains
Nyanga National Park Lodge, campsite bij Mtazari Falls
www.smallworldlodge.com (Harare)
www.pioneercampzambia.com (lusaka)
Tiokondane Community center (Katete) email Elke Kroeger: tikoeducation@gmail.com
www.wildlifecamp.zambia.com (Mfuwe, South Luangwa Natinal Park)
Indrukwekkend verhaal. Ben begonnen met het verhaal van de bisschop ( sorry, vergeten) dat ik zo mogelijk nog indrukwekkender vind.
Worden jullie niet een beetje moedeloos van alles dat je meemaakt, waar je ziet hoe het zou kunnen verbeteren en het niet kunt?
De verhalen zijn lang, ja. Misschien moet ik me wat matigen. Haha. Voor Zimbabwe was dat gemakkelijker. Want meer uitwijden zou mensen, die ik uiteraard niet in mijn blog noem. ook in gevaar kunnen brengen. Moedeloos? Ja. Soms. In ieder geval raakt t ons. Maar t is niet zo dat de mensen geen keuze hebben. Er zijn in de meeste gevallen ook alternatieven.
Beste Bertie en Frans,
Klinkt allemaal gaaf. En zo ziet het er ook uit, de foto’s en jullie rapportage.
Gek om zo vanachter mijn bureau te schrijven terwijl jullie daar in de rimboe verkeren.
Maar klinkt heel gaaf dus, een beetje voor mij als een zeilreis rond de wereld.
Hier gaat het goed, koud nog maar wel lente en weer …..varen.
Veel plezier daar en wees voorzichtig.
Hartelijke groeten,
Peter
Hè Peter, wat fijn dat je weer t water op kunt. Wij zitten nu aan lake bunyoni, geen zeilplek. Maar we heel veel water, ook van boven. Regenseizoen is echt begonnen en op deze hoogte is het nat en heeeel koud. Ben een Beetje jaloers op jullie. Lente: zon, tulpen, aardbeien, asperges, bloesem, terrassen. Hmmmm. Heb je ook nog plannen om naar Ierland te gaan? Liefs.
Indrukwekkend verhaal. Ben begonnen met het verhaal van de bisschop ( sorry, vergeten) dat ik zo mogelijk nog indrukwekkender vind.
Worden jullie niet een beetje moedeloos van alles dat je meemaakt, waar je ziet hoe het zou kunnen verbeteren en het niet kunt?
De verhalen zijn lang, ja. Misschien moet ik me wat matigen. Haha. Voor Zimbabwe was dat gemakkelijker. Want meer uitwijden zou mensen, die ik uiteraard niet in mijn blog noem. ook in gevaar kunnen brengen. Moedeloos? Ja. Soms. In ieder geval raakt t ons. Maar t is niet zo dat de mensen geen keuze hebben. Er zijn in de meeste gevallen ook alternatieven.
Beste Bertie en Frans,
Klinkt allemaal gaaf. En zo ziet het er ook uit, de foto’s en jullie rapportage.
Gek om zo vanachter mijn bureau te schrijven terwijl jullie daar in de rimboe verkeren.
Maar klinkt heel gaaf dus, een beetje voor mij als een zeilreis rond de wereld.
Hier gaat het goed, koud nog maar wel lente en weer …..varen.
Veel plezier daar en wees voorzichtig.
Hartelijke groeten,
Peter
Hè Peter, wat fijn dat je weer t water op kunt. Wij zitten nu aan lake bunyoni, geen zeilplek. Maar we heel veel water, ook van boven. Regenseizoen is echt begonnen en op deze hoogte is het nat en heeeel koud. Ben een Beetje jaloers op jullie. Lente: zon, tulpen, aardbeien, asperges, bloesem, terrassen. Hmmmm. Heb je ook nog plannen om naar Ierland te gaan? Liefs.
Nee, niet matigen alsjeblieft! Het is zo fantastisch dankzij jouw pen en jullie prachtige manier van contacten leggen, wat meer te leren over de culturen en mensen. En natuurlijk een beetje te mogen meegenieten van jullie leven op dit moment. Dank voor het delen! Hier begint voorzichtig aan de lente, ontluiken de bollen, knoppen de bomen en gaan de mieren op verkenning. En al wat langer worden ook wij weer gewekt door de vogels. Op het nieuws de ellende van een westerse maatschappij. Welvarende mannen die zich via hun positie nog meer geld toe eigenen, toenemende discriminatie, geweld tegen kinderen. Maar ook jonge optimisten, onverwacht talent en momenten van vreugde. Blijf genieten van het prachtige Afrika. En laat ons alsjeblieft zo mee genieten. Liefs voor jullie beiden! X
Thanks. Dat helpt! Oh heerlijke lente. I is hier nu 14 graden en NAT. Verlang wel naar een warme douche en zon. Haha. Wat een nare berichten. Van alle tijd, maar toch. Als ik hier een tegenslag heb, zo ben ik me aan t aanleren, kijk ik om me heen om te ervaren wat er wel allemaal goed is. Zelfs de regen. Pffffff
Nee, niet matigen alsjeblieft! Het is zo fantastisch dankzij jouw pen en jullie prachtige manier van contacten leggen, wat meer te leren over de culturen en mensen. En natuurlijk een beetje te mogen meegenieten van jullie leven op dit moment. Dank voor het delen! Hier begint voorzichtig aan de lente, ontluiken de bollen, knoppen de bomen en gaan de mieren op verkenning. En al wat langer worden ook wij weer gewekt door de vogels. Op het nieuws de ellende van een westerse maatschappij. Welvarende mannen die zich via hun positie nog meer geld toe eigenen, toenemende discriminatie, geweld tegen kinderen. Maar ook jonge optimisten, onverwacht talent en momenten van vreugde. Blijf genieten van het prachtige Afrika. En laat ons alsjeblieft zo mee genieten. Liefs voor jullie beiden! X
Thanks. Dat helpt! Oh heerlijke lente. I is hier nu 14 graden en NAT. Verlang wel naar een warme douche en zon. Haha. Wat een nare berichten. Van alle tijd, maar toch. Als ik hier een tegenslag heb, zo ben ik me aan t aanleren, kijk ik om me heen om te ervaren wat er wel allemaal goed is. Zelfs de regen. Pffffff
Wat verdrietig te lezen hoe het Zimbabwe is vergaan. Hoe anders was het, 20 jaar geleden…
Ja. Dat voelde voor mij ook zo. Als je kans ziet, lees t boek waar ik over schrijf. T geeft zo’n prachtig achtergrondbeeld. Ik zeul t mee naar Nederland. Alleen als we nog naar Zimbabwe gaan, zal ik er voor die tijd afscheid van moeten nemen. X
Wat verdrietig te lezen hoe het Zimbabwe is vergaan. Hoe anders was het, 20 jaar geleden…
Ja. Dat voelde voor mij ook zo. Als je kans ziet, lees t boek waar ik over schrijf. T geeft zo’n prachtig achtergrondbeeld. Ik zeul t mee naar Nederland. Alleen als we nog naar Zimbabwe gaan, zal ik er voor die tijd afscheid van moeten nemen. X
Hey dochterlief,
Wat leuk om het allemaal te lezen. Zo ben ik toch nog een beetje erbij. Ik wacht weer met smacht op de volgende aflevering. Je zult wel denken…….moeders gaat nu ook al reageren?? Vandaag heb ik een beetje (internet)hulp en daar moet ik van profiteren. Tot snel. Liefs Mam
Hè mam. Wat lief! Fijn dat je met ons meereist. Daar was t ons ook om te doen. Loop alleen een beetje achter nu. Regel maar wat vaker internethulp. Dan kun je ook de foto’s bij de berichten zien. Dikke kus van mij en Frans.
Hey dochterlief,
Wat leuk om het allemaal te lezen. Zo ben ik toch nog een beetje erbij. Ik wacht weer met smacht op de volgende aflevering. Je zult wel denken…….moeders gaat nu ook al reageren?? Vandaag heb ik een beetje (internet)hulp en daar moet ik van profiteren. Tot snel. Liefs Mam
Hè mam. Wat lief! Fijn dat je met ons meereist. Daar was t ons ook om te doen. Loop alleen een beetje achter nu. Regel maar wat vaker internethulp. Dan kun je ook de foto’s bij de berichten zien. Dikke kus van mij en Frans.