We sluiten onze reis in Zuid-Afrika af met een verblijf van bijna veertien dagen in het Kruger, een wildpark zo groot als Nederland. Het park is in alle opzichten het hoogtepunt van de reservaten en wildparken die wij in Zuid-Afrika, Lesotho en Swaziland bezoeken. Veel bijzondere ontmoetingen met dieren op onze doe-het-zelf-wildritten en bijzondere en vooral onverwachtse ontmoetingen even buiten het Kruger. We leren veel van de dieren die wij onderweg zien en de mensen die wij daarover spreken. Maar niet genoeg om te voorkomen dat een olifant op een unfenced camp in Zimbabwe met een lange snuit, ons sprookje bijna uitblaast en met zijn slagtanden onze auto indeukt én ons ego.
Na een kleine tien reservaten en wildparken in Zuid-Afrika zijn we even uitgekeken op olifanten, giraffen, buffels, zwijnen, rhino’s -ja die ook- en allerlei soorten ‘bokkies’. De dag van de doorsnee gamedriver is pas succesvol als er een leeuw, luipaard of een ander roofdier is gescoord. Die dagelijkse scores worden, eenmaal terug in het hoofdkamp, tot vervelens toe rondgebazuind, alsof het een bijzondere prestatie is. De jager in ons is nog steeds actief: onze trofeeën worden thuis aan de muur gehangen of op een website gezet. De vellen van de predators en geweien van ‘bokkies’ zijn vervangen door foto’s, gemaakt met mega telelenzen, ondersteund door eenpoten, driepoten of speciale kussens die op half opengedraaide autoramen worden gelegd om de trilling van de motor op te vangen. Even buiten het Kruger neemt een Amerikaanse toerist een foto van een prachtige ansicht van een luipaard: “At home they will think that I took it……..” Zo kan het ook.
Mijn opa en later mijn oom leerden mij te kijken naar wild. “Een goede jager”, zo zeiden ze, “steekt vrijwel al zijn tijd in het observeren van de dieren om later een verantwoorde keuze te maken en om precies op het goede moment toe te slaan”. Ik heb zelf nooit gejaagd, maar in de afgelopen maanden heb ik geleerd dat een leeuw, luipaard of een andere zeldzaamheid spotten voor de doorsnee doe-het-zelf gamedriver meestal een kwestie van puur toeval is. Op het juiste moment op de juiste plek zijn, zoals die ene keer dat twee leeuwinnen na hun antilopenjacht doodmoe en met het schuim op hun bek naast onze auto in het gras neerploften, zonder antiloop overigens.
We bezoeken het Kruger in het regenseizoen. Het is uitgestorven, buiten een groot aantal Zuid-Afrikaanse 65+ers die vroeg in de ochtend de hoofdkampen in grote haast verlaten, het wild onderweg laten voor wat het is, om verderop de beste plek op de picknickplaats te bemachtigen. Voor ons is er nu een uitgelezen kans om de meest begeerde kampeerplekken te bemachtigen in de kleine bushcamps, die in het hoogseizoen al een jaar vooruit volgeboekt zijn. De bomen staan vol in het blad en soms in bloei, het gras is op veel plaatsen een meter of hoger. Er is veel water te vinden dus de gebruikelijke waterholes zijn minder populair bij de dieren. Waar let je dan op als doe-het-zelf-gamedriver? We kijken, luisteren, lezen, ruiken, vragen en langzaamaan begrijpen we beter wat een aantal wilde dieren drijft en hoe wij hun sporen kunnen herkennen. Zo ontdekken we dat neushoorns allemaal op één hoop schijten, het liefst tegelijk. Net als bij veel, wat oudere Europese vrouwen; als er één moet, moeten ze allemaal. Dat is gezellig, schijnt het, zo samen naar de wc. Of dat ook zo bij neushoornkoeien werkt weet ik niet, maar als er één begint te schijten, schijten ze allemaal en ze doen er het liefst ook nog een enorme plas over. Dat geheel in tegenstelling tot de baboon, die zijn solitair hoopje poep doordacht en goed zichtbaar neerlegt op het hoogste punt: bovenop de richel van een steen, de reling van een brug, de tree van een trap. Als een soort markering van zijn territorium: “ik ben hier de baas”. Olifantenkoeien laten op hun beurt overal van die enorme slordige hopen achter. Ze poepen waar het hun uitkomt. Olifantenstieren, die solitair leven, houden ervan op de weg te plassen, lopend welteverstaan. Daarbij zwabbert hun dingetje, of liever gezegd indrukwekkende ding, van links naar rechts en laten ze ingenieuze zigzag-patronen achter.
Het mestkeverwijfje houdt weer van die olifantenstront, liefst zo vers mogelijk. Daarin legt ze haar eieren en kan de larve zich later verpoppen. Voor de Egyptenaren was het een heilig dier omdat ze dachten dat de kever uit mest ontstond. In veel parken zijn de mestkevers beschermd omdat ze vaak, al rollend achter zo’n olifantendrollenballetje, worden overreden. Bezoekers worden gevraagd daar extra op te letten. Onbegonnen werk: op de weg uitkijken naar een kever achter een hoop stront ter grootte van een golfbal, terwijl we in het hoge gras een leeuw proberen te scoren. Ik heb ze nooit op de weg of het pad aangetroffen. Wel op de WC, in een zwabber. Dat zegt meer over de zwabber dan over de mestkever. Veel beesten leven van die mesthopen, grote insecten om te beginnen, en vogels die daar weer op uit zijn. De prachtige gewone troupaan met zijn blauw-roze verenkleed nestelt zich steevast op een 3 meter hoge tak langs het pad en wacht tot er iets in die hopen beweegt. Als hij eenmaal zijn prooi te pakken heeft, neemt hij ruim de tijd om midden op de weg zijn feestje te vieren, auto’s of geen auto’s. De rooibekneushoringvoël of redbilled hornbill was een van onze favoriete vogels, vooral door zijn bescheiden verenkleed in combinatie met zijn prachtige felrode grote bek. Tot we een dag lang ongewild toeschouwen hoe een hornbill, een paar meter bij onze tent vandaan, in een hoop buffelstront blijft poeren om voedsel te vinden voor zijn hongerige jongen. De voorraad insecten, larven en wormen in die hoop lijkt onuitputtelijk. Hij graaft steeds dieper en het deert hem niet dat zijn mooie rode bek en zijn kop verborgen raken onder een dikke laag stront. Toen was de liefde over. Ergens is er een grens.
Van grenzen weten ze in de Zuid-Afrikaanse reservaten en wildparken wel wanten. Rondom de meeste parken staan enorme afrasteringen, om te voorkomen dat stropers of niet betalende bezoekers binnenkomen en omgekeerd het wild zijn weg naar buiten vindt. Voor de meeste beesten werkt dat, maar de vervet monkeys en de baboons bijvoorbeeld rekken zich er niets van aan en zelfs cheeta’s weten elektrische afrasteringen van 2 meter hoog letterlijk en figuurlijk te overbruggen. Veiligheid staat in de Zuid-Afrikaanse parken voorop. De campgrounds zijn in de meeste parken apart afgerasterd, zeker als er roofdieren rondlopen. Wij willen het liefst een optimale vrijheid en zo ruig mogelijk, als het kan zonder fences. Dat kan niet in Zuid-Afrika, wel daarbuiten. We hebben genoten van ons verblijf in al die parken, maar ze voelen voor ons misschien om die reden een beetje ‘plastic’ aan. De bezoekersadministratie is zwaar overgeorganiseerd en gaat ten koste van de klantvriendelijkheid. Het “Hello, how are you?” voelt ingestudeerd en oppervlakkig. De hoofdwegen zijn strak geasfalteerd, er is geen ‘pothole’ te zien, de grond in de kampen is keurig aangeharkt en soms zijn de wandelpaden in de reservaten met cement overgoten.
Maar die geoliede machine blijkt ook een façade. In het Kruger kwamen we per ongeluk achter de coulissen terecht. Middenin de natuur lagen hopen bouwafval: stenen, oude geisers, verroest gereedschap……. Het is geen kattenpis om zo’n groot park als het Kruger goed te managen. Een gebied zo groot als Nederland, met 12 hoofdkampen – complete dorpen met winkels, restaurants, zwembaden, chalets, campings, benzinestations, personeelsonderkomens – 11 satelietkampen en ontelbare lodges. De jacht op stropers lijkt ondoenlijk in een gebied waar de grenzen met Mozambique en Zimbabwe open zijn, slechts afgeschermd door een rivier. SANparks, de Zuid-Afrikaanse organisatie die vlaggenschip Kruger en 18 andere nationale parken beheert, ligt in de Zuid-Afrikaanse politiek zwaar onder vuur. De anti-stroopcampagnes zijn onvoldoende succesvol. Niet alleen de neushoorn heeft het te verduren, maar nu lijkt ook de Pangolin -het enige nog levende schubdier op onze aardbol- bijna uitgestorven. Alles voor de illegale export naar China, met wie Zuid-Afrika een haat/liefde verhouding heeft. De nieuwe CEO van SANparks – een hotshot uit de ambtelijke top van het ministerie van milieu- heeft aangekondigd een grootscheeps leiderschaps- en cultuurveranderingsproces door te voeren binnen zijn organisatie met teamsessies, mentoring en coaching. Zijn contract duurt vijf jaar en binnen die termijn wil hij zijn organisatie omtoveren naar een klantvriendelijke en proactieve organisatie die vooral in staat is mee te denken met de Afrikaanse politiek en het bedrijfsleven om samen te werken aan economische groei en oplossingen te bedenken voor de droogteproblemen die vooral de agrarische sector parten speelt. Nogal een opgave lijkt mij voor een ‘blauwe’ organisatie wiens kerntaak het nu is om regels en wetten te handhaven. Mijn leiderschapshart wordt hier wel heel erg warm van en mijn fantasie geprikkeld. Wat zou het geweldig zijn om mee te werken aan zo’n proces….
Veel Afrikaanse parken lokken bezoekers met hun ‘big five’(leeuw, luipaard, neushoorn, buffel, olifant), soms van nature aanwezig, soms eerder uitgeroeid en weer teruggebracht. Ze doen flink hun best om bezoekers op dat punt aan hun trekken te laten komen. De rangers die de georganiseerde en duur betaalde gamedrives begeleiden hebben continu radiocontact om locatiegegevens uit te wisselen. In de hoofdkampen prijkt bij de entree de score van de georganiseerde drives en kan iedereen zien welk gewild wild waar is aangetroffen. We spreken Zuid-Afrikanen die vooral de kleinere parken ervan verdenken leeuwen of andere predators te chippen om ze beter te kunnen traceren bij de gamedrives. Dat is goed voor de bezoekersaantallen. Voor ons zijn het vooral de bijzondere ontmoetingen met de dieren die indruk op ons maken, ongeacht hun populariteitsstatus. Zoals het koppel breëkop arenden dat zich onbespied waant als het bij een kleine waterplas het verenkleed oppoetst. Of de luipaard die wij langs een verlaten pad hoog in de boom aantreffen en die uitgebreid de tijd neemt ons te bestuderen, en wij hem; de jonge impala’s die vreugdesprongen maken als ze in middenin een groep vervet monkeys of blou apen terecht komen; een groep gieren die als een kerstversiering samengepakt in een kale boom zit; een jonge buffelstier die een rivier vol krokodillen overzwemt en aan de overkant een plek moet zien te winnen in een groepje ‘loners’; een grote groep white rhino’s die bij het ochtendgloren nog languit ligt te slapen terwijl waterbokken en olifanten om hen heen staan te drinken; de blou aap (vervet monkey) die uiterst geraffineerd ons heerlijk geolied en gekruid suikermais jat en de afgekloven kolf tien minuten later voor onze voeten laat neerploffen; die enorme hyena die ineens -een paar meter bij mij vandaan en gelukkig met een afrastering ertussen- achter mij staat als ik laat in de avond in m’n uppie languit in mijn stoel van de sterren lig te genieten;
Bijzondere ontmoetingen binnen de parken, maar ook daarbuiten. Het Kruger is 500 km lang en vooral de Drakensberg-bergen aan de westkant zijn prachtig en meer dan één bezoek waard. Tijdens onze eerste uitstap worden we aangehouden bij een verkeerscontrole. Dat is niet ongebruikelijk en komt vaak voor. In de meeste gevallen wordt een grapje gemaakt over het stuur aan de verkeerde kant, en zijn de agenten nieuwsgierig naar onze plannen. Maar niet deze keer. De zwarte agent zit strak in het pak en kijkt ons al even strak aan. Dat voorspelt niet veel goeds. Mijn gezicht is betraand. Ik heb net gehoord dat mijn oom May is overleden, pater familias van de familie Bisschops. Dat raakt mij diep, veel dieper dat ik had verwacht. Uiterlijk leek hij veel op mijn vader en iedere keer als ik hem zag, had ik mijn vader even bij me. Mijn oom was een bestuurder pur sang, had een open, warme en erudiete geest en hoe ouder werd, hoe doorschijnender hij aanvoelde. Hij prikkelde mijn fantasie over mijn vader. Hoe zou hij zich hebben ontwikkeld op zijn oude dag? Maar de agent die aan de passagierskant naast mij staat, lijkt dwars door mijn verdriet heen te kijken en blijft ons streng aanspreken. “M’am are you crying?”, vraagt hij droog na verloop van tijd en kijkt mij recht in mijn ogen aan. Als hij hoort dat ik niet even naar huis kan voor een afscheid, is hij stil. “Do you believe?”, vraagt hij. ”We don’t, but my uncle surely did.” Hij vertelt dat er geen reden voor verdriet is. Mijn oom is in goede handen bij mijn voorouders. Die zullen ervoor zorgen dat hij in het hiernamaals komt, legt hij uit, passend in de oude Shona-religie. “So, lets pray!” Terwijl op de drukke weg tussen Hazyview en Nelspruit het verkeer langs ons raast, staat deze politieagent midden op de weg vol overgave en met heel zijn hart uitgebreid met ons te bidden: voor mijn voorouders, voor mijn oom, voor ons…..Amen. “Have a save journey and God bless you”, zegt hij en wuift met zijn hand ten teken dat we verder mogen. Diep geraakt gaan we weer op weg. Vlak voordat we werden aangehouden, zat ik na te denken over een passende manier om, zo ver bij mijn familie vandaan, afscheid te nemen van mijn oom. Deze ontmoeting voelt als een godsgeschenk.
Onze wegen kruisen zich voortdurend met die van anderen: overlanders, avonturiers of mensen die zich een lange welverdiende vakantie permitteren. De kans dat wij ergens aan de Afrikaanse kant van onze aardbol mensen ontmoeten die wij kennen is vrijwel uitgesloten. Het zijn altijd nieuwe ontmoetingen. In Graskop, een klein stadje ten westen van het Kruger, strijken wij neer voor een ouderwetse pannenkoek. We hebben net onze tent ingepakt na een lang verblijf in dit prachtgebied vol ravijnen, valleien en watervallen en zijn op weg naar het noorden. Frans parkeert de auto en ik zoek alvast in het -overigens geheel verlaten restaurant- een plek op het schaduwrijke terras. Het is aangenaam druk in het stadje. Mensen uit de omliggende dorpen en houthakkers doen inkopen in de plaatselijke supermarkt. Op straat worden we opdringerig aangesproken om een houtsnijwerk of andere snuisterij te kopen en we zijn blij dat ons hier even niemand lastig valt. Tussen de zwarte bevolking op straat valt een blank stel op. Terwijl het onze richting uitloopt gaat er een flits van herkenning door mijn hoof, maar ik kan het niet plaatsen. Nog eens kijken. Nee, dat kan niet. Nog eens kijken. “Dat lijkt Paul wel” zeg ik hardop. “Wat?” zegt Frans verstoord vanachter de menukaart . “Paul?”, ‘’Paul, wie?” En terwijl het stel voor ons langs loopt roep ik luid “Hallo Paul” en twee mensen kijken stomverbaasd onze kant uit. Het is iedere keer opnieuw hilarisch als je mensen die je kent in een totaal andere context ontmoet. Dat geldt ook voor Paul en Lieve Rutten uit het Belgische St. Pietersvoeren, 30 km bij onze Nederlandse woonplaats vandaan. We zochten hen afgelopen voorjaar op om te praten over onze Afrikaplannen. Een bijzondere ontmoeting en veel wederzijdse interesses, tot de kraanvogel aan toe! Lieve werkt al heel lang als vrijwilliger voor en met Afrikaanse vrouwen, in diverse Afrikaanse landen en kan daar urenlang met veel passie over praten. Nu Paul afscheid heeft genomen van zijn bestuursfuncties, is de weg vrij om als vanouds samen door Afrika te reizen. Mooi om te zien hoe ze daar beiden volop van genieten. Het is alsof we een stel oude vrienden ontmoeten en als we een paar uur later onze reis weer hervatten, wij naar het noorden en het Kruger, zij naar het oosten en het Kruger, zinderen we nog lang na: van de heerlijke pannenkoek, van de lekkere cappuccino en vooral van deze zeldzaam bijzondere en warme ontmoe
Onze reis door Zuid-Afrika eindigt na bijna drie maanden als we vlakbij het Kruger de grens met Zimbabwe overgaan. De wildparken die in andere landen volgen bieden meer avontuur in de ontmoeting met wilde dieren. De parken hebben daar geen afrastering en op de campgrounds is ook geen beschermende afrastering. Dat vraagt meer aandacht en respect in de ontmoeting met bijvoorbeeld olifantenbulls of kuddes met kleintjes, of in de ontmoeting met de zwarte neushoorn, roofdieren en de vaak zo agressieve buffelstieren, ‘loners’ die uitgestoten zijn en geen raad weten met hun testosteron. In de Zuid-Afrikaanse parken hebben wij geleerd waar wij op moeten letten en welke regels wij in acht moeten nemen. Dat is een voorwaarde om veilig te reizen, maar zeker geen garantie, zo blijkt. In Zimbabwe, waarover een volgende keer meer, bezoeken we de wildparken straks op onze terugreis naar het zuiden. De mooiste parken zijn nu in het regenseizoen dicht of deels dicht. Samen met Maurits, die wij in de hoofdstad Harare ontmoeten, kiezen we daarom voor een bezoek aan Lake Kariba, een van de grootste meren van Afrika, waar we kunnen vissen op de beruchte tigerfish. Geheel onverwachts ontdekken we daar dat de twee dorpen aan het Kariba meer middenin een groot natuurreservaat liggen en alles unfenced is. Vlak voor de campground rijden we langs een kleine kudde grazende olifanten. We genieten s ’avonds in de bar van heerlijke brasem uit het meer als we een hoop kabaal horen op de campground. Een olifant, een jonge bull, loopt daar rond en wordt weggejaagd. We hebben dan nog niet in de gaten dat onze auto zijn doelwit is, of liever gezegd, de bananen die daarin liggen. Alex, de medewerker van het bushkamp, roept hard “push it out” en de oude, dikke kamphond, die we meer voor dood dan levend wanen, verandert in een furie, blaft vervaarlijk, rent achter de olifant aan en bijt ‘m in zijn poten. De olifant trompettert agressief en doet nog een poging om opnieuw aan te vallen, ons of de hond, dat weet ik niet. Maar we zoeken het ook niet uit en vluchten allemaal weer naar de open bar, waar we ons beschermd wanen. Behalve Alex en de hond. Time-out: de olifant taxeert, Alex taxeert, de hond wacht op een volgend commando. De olifant is vasthoudend en doet een nieuwe poging het fruit uit onze auto te halen, maar wordt opnieuw gestopt door de hond en door een voetbaltoeter die ergens achter de bar vandaan is gehaald. Dat heeft effect, de jonge olifant kiest het hazenpad en de kust is veilig. De olifant heeft met zijn slagtanden de achterkant van onze auto beschadigd, de achterruit gebroken, onze voorraad appels opgegeten, mijn onderbroeken -schone!- en de tas met Frans zijn kleding naar buiten gehaald. Hoe hij dat laatste voor elkaar heeft gekregen door de kleine ruit, is ons een raadsel. Maar de drie bananen, waar hij op uit was, lagen onder de klep waar hij niet bij kon. Daar, achter die klep, is een ventilatierooster en dat heeft uiteindelijk ervoor gezorgd dat de olifant de bananen heeft geroken en pogingen heeft gedaan achter dat ventilatierooster te komen. Het is een once-in-a-lifetime-story, zelfs voor de plaatselijke inwoners en voor Dick, de stropersbestrijder die er de volgende dag bij wordt gehaald om ons te helpen met de schade. “Its a trophy”, roept hij, wijzend op de beschadiging aan de achterkant “You shouldn’t repair this” en neemt meteen foto’s. Daarmee gaan we de geschiedenis in van de twee dorpen. Het verhaal doet snel de ronde en overal waar we komen, komen de verhalen van dorpelingen los, over hun ervaring met de olifanten en met de leeuwen, want de mensen uit deze twee dorpen hebben leren leven met het wild om hen heen. Ze vertellen 0ver de olifanten die een paar jaar geleden het bierhuis zijn binnengedrongen om het bier te drinken, gemaakt van mais en marula’s en over de leeuwin met welpen die een verliefd stel in het bos rond het bierhuis aanviel en de jonge man, enkel gekleed met een condoom, voor hulp terug rende naar het bierhuis. Voor de jonge vrouw was het helaas te laat. Die werd door de leeuwin gedood. Dat was een van de zeldzame keren dat een mens hier ten prooi viel aan de leeuwen, want meestal zoeken de leeuwen mensengemeenschappen niet op. Deze leeuwin en haar welpen bleken ziek, zo ontdekten toen ze ze later vingen. Dat speelt ook wel eens bij olifanten die ziek zijn: ze worden agressief en doden mensen. Gelukkig komt dat zelden voor en zijn olifanten gewoon vreedzame beesten. Wat we hebben geleerd is dat ze extreem goed kunnen ruiken en slecht zien, dat ze van brood en fruit houden, vooral banaan en citrusvruchten en nu dusook van appels, dat er een ieniemienie kans is dat ze daarvoor in een auto inbreken en dat ze een hekel hebben aan fietsen en aan witte T-shirts en daarin reden zien om aan te vallen. Die fietsen begrijpen we, maar die witte- T-shirts? Voor ons is het per saldo een dure les in het leren omgaan met olifanten. Maar wij zijn vooral ook blij dat we er alleen met –weliswaar een flinke- materiële schade en een deukje in ons ego vanaf zijn gekomen. Wij lagen niet in onze daktent toen het gebeurde en voelen ons daarin nog steeds super veilig, zo samen met z’n tweetjes. Maar, de wildparken, die hebben we na dit evenement toch maar even links laten liggen, eventjes maar……
Om al onze foto’s te bekijken, klik hier door voor onze foto’s op Flickr
Feiten
We zitten inmiddels in Zambia, in een prachtige lodge (Wildlife Camp) bij South Luangwa National Park. We reden vanuit Zuid-Adrika via Musina/Beitbridge door naar Zimbabwe waar we vooral de oostkant hebben verkend (Masvingo, Chimanimani, Mutare, Vumba Mountains, Nyanga National Park. We reden via hoofdstad Harare door naar Lake Kariba in het noord-westen van Zimbabwe en passeerden daar de grens met Zambia. In hoofdstad Lusaka zijn we bijgekomen van ons olifantenavontuur. Wij gaan nu richting Malawi.
Websites van bijzondere en mooie plaatsen in Zuid-Afrika:
www.bonniedale.com (Ruitersbos)
www.pnaturereserve.co.za (Die Vlug)
www.burchell4x4.co.za (Die Vlug)
www.baviaanslodge.com (Near Joubertina/Baviaanskloof)
www.baviaans-kouga4x4.com (near Joubertina/Baviaanskloof)
www.theaardvarkguesthouse.co.za (Addo)
www.wheretostay.co.za/lesoba/ (guestfarm near Clarens/Golden Gate)
www.sanparks.org (Kruger: Pretoriuskop, Lower Sabie, Skukuza, Orpen, Shingwedz, Maroela, Satar, Shingwedz, Punda Maria)
www.Panoramaviewchalets.co.za (Graskop)
www.gamelodgebolavi.com (Klein Bolayi Game Lodge, Musina)
Het gaat jullie goed en dat is mooi om te horen, ga zo verder groetjes Lydia en Huub.
Het gaat jullie goed en dat is mooi om te horen, ga zo verder groetjes Lydia en Huub.
Dit was echt: ik stond erbij en ik keek er naar. Goed dat jullie niet in de auto zaten. Het is wel duidelijk dat jullie een avontuurlijke reis hebben. Goede reis verder, groetjes, Jan en Lida
Ja. Krijg t alleen nog niet gerijmd op melodie van de twee beren. Even puzzelen….
Dit was echt: ik stond erbij en ik keek er naar. Goed dat jullie niet in de auto zaten. Het is wel duidelijk dat jullie een avontuurlijke reis hebben. Goede reis verder, groetjes, Jan en Lida
Ja. Krijg t alleen nog niet gerijmd op melodie van de twee beren. Even puzzelen….
Hallo Bertie Frans net je mooie reisverslag gelezen Dat die olifant de auto probeert binnen te komen daar is geen toeval Karibu betekent welkom-kom binnen grapje En nog even verder over het mest(strond)niet door olifanten mest rijden zit vaak vol met accasiadoorns.(lekke band)
Hier in NZ loopt reis perfect Toyota gekocht waar mee we het land doorkruisen .Prachtige dingen gezien hier. Moet nu verder Groeten van ons en
Safari njema
Haha. Geniet van je Toyota. Je bent nu technisch weer helemaal bij. Toevallig afgelopen dagen opgetrokken met een stel jonge biologen uit nieuw zeeland (zij), wellington, en Alaska (hij). Hoe bedenk je t.
Geniet er van en groetjes aan liv.
Safari njema
Hallo Bertie Frans net je mooie reisverslag gelezen Dat die olifant de auto probeert binnen te komen daar is geen toeval Karibu betekent welkom-kom binnen grapje En nog even verder over het mest(strond)niet door olifanten mest rijden zit vaak vol met accasiadoorns.(lekke band)
Hier in NZ loopt reis perfect Toyota gekocht waar mee we het land doorkruisen .Prachtige dingen gezien hier. Moet nu verder Groeten van ons en
Safari njema
Haha. Geniet van je Toyota. Je bent nu technisch weer helemaal bij. Toevallig afgelopen dagen opgetrokken met een stel jonge biologen uit nieuw zeeland (zij), wellington, en Alaska (hij). Hoe bedenk je t.
Geniet er van en groetjes aan liv.
Safari njema
N overduidelijk geval van blue balls 😉
Haha. En hoe blauwer hoe beter. Dit was duidelijk de big boss.
N overduidelijk geval van blue balls 😉
Haha. En hoe blauwer hoe beter. Dit was duidelijk de big boss.
Ha Bertie en Frans
wat een rijkdom …
ergggg jaloers wordr ik ervan
geniet lieve mensen !
ciao John
Ha Bertie en Frans
wat een rijkdom …
ergggg jaloers wordr ik ervan
geniet lieve mensen !
ciao John
Wat een prachtige verhalen en spannende avonturen maken jullie mee! Fantastisch om zo samen op pad te zijn. Mensen en dieren blijken steeds weer verrassingen in zich te dragen: bijzondere ontmoetingen, dag in dag uit. Prachtig verhaal over mijn overleden vader: hij zou er met volle teugen van hebben genoten: een gebed voor hem midden op een levendig kruispunt……………
Ik wens jullie een mooie voortzetting van jullie bijzondere reis: kein Tag wie der andere………………
Lieve groet,
Ineke
Thanks. Ik hoor m daarboven lachen.
Wat een prachtige verhalen en spannende avonturen maken jullie mee! Fantastisch om zo samen op pad te zijn. Mensen en dieren blijken steeds weer verrassingen in zich te dragen: bijzondere ontmoetingen, dag in dag uit. Prachtig verhaal over mijn overleden vader: hij zou er met volle teugen van hebben genoten: een gebed voor hem midden op een levendig kruispunt……………
Ik wens jullie een mooie voortzetting van jullie bijzondere reis: kein Tag wie der andere………………
Lieve groet,
Ineke
Thanks. Ik hoor m daarboven lachen.
Hebben jullie ook van die lekkere macademianoten gekocht op straat in Graskop? En goed dat jullie geen bruismelk bij de pannenkoek namen. die is een partij zoet en machtig :-). Fantastisch al dat wild, ik krijg er nooit genoeg van.
Prachtig dat je jouw oom May zo in Afrika hebt kunnen brengen Bertie, wat een onverwachte en mooie troost.
Dank voor het mee mogen reizen, liefs!!!
Alweer die bruismelk. Toch maar eens gaan proberen
Hebben jullie ook van die lekkere macademianoten gekocht op straat in Graskop? En goed dat jullie geen bruismelk bij de pannenkoek namen. die is een partij zoet en machtig :-). Fantastisch al dat wild, ik krijg er nooit genoeg van.
Prachtig dat je jouw oom May zo in Afrika hebt kunnen brengen Bertie, wat een onverwachte en mooie troost.
Dank voor het mee mogen reizen, liefs!!!
Alweer die bruismelk. Toch maar eens gaan proberen
Het is wederom een prachtig verhaal ! Net of ik weer door de Serengeti rij. Dat was in de tijd dat ik er was nog een park met heel veel vrijheid, maar dan heb je het wel over 30 jaar geleden. Ben benieuwd naar jullie ervaringen.
Ook de bijzondere ontmoetingen die jullie hebben met mens en dier zijn fantastisch ! Toeval bestaat niet, dus ga er maar vanuit dat veel dingen zo hebben moeten zijn zoals ze jullie worden aangereikt. Ook verdriet krijgt zo zijn plaats.
Heel veel liefs
Het is wederom een prachtig verhaal ! Net of ik weer door de Serengeti rij. Dat was in de tijd dat ik er was nog een park met heel veel vrijheid, maar dan heb je het wel over 30 jaar geleden. Ben benieuwd naar jullie ervaringen.
Ook de bijzondere ontmoetingen die jullie hebben met mens en dier zijn fantastisch ! Toeval bestaat niet, dus ga er maar vanuit dat veel dingen zo hebben moeten zijn zoals ze jullie worden aangereikt. Ook verdriet krijgt zo zijn plaats.
Heel veel liefs
Heb het verhaal nog een keer gelezen en realiseer mij nu dat julie daar ergens in Afrika iemand uit Gulpen tegen het lijf lopen. Jan was gisteren op een bijeenkomst waar zijn naam genoemd werd. Hij zou ver weg zijn. Ja, zei Jan en ik weet waar hij is. Over toevalligheden gesproken!!
Heb het verhaal nog een keer gelezen en realiseer mij nu dat julie daar ergens in Afrika iemand uit Gulpen tegen het lijf lopen. Jan was gisteren op een bijeenkomst waar zijn naam genoemd werd. Hij zou ver weg zijn. Ja, zei Jan en ik weet waar hij is. Over toevalligheden gesproken!!
Wat een prachtboek gaat dat worden!
Wat een prachtboek gaat dat worden!